Wat ging hieraan vooraf?
De voorbije weken onderhandelden de verschillende zorgverstrekkers (zoals artsen, kinesisten, tandartsen, vroedvrouwen en logopedisten) met de mutualiteiten over de gezondheidsbegroting van 2025. Ook AADM nam actief deel aan deze gesprekken.
Zoals vorige week gecommuniceerd, staat het budget van de gezondheidszorg onder grote druk. Bijkomend is er een regering in lopende zaken, waardoor er ook geen langetermijnvisie mogelijk is. Dit maakt dat de onderhandelingen dit jaar geen sinecure waren.
Bij nadere analyse blijkt dat er in 2024 sprake is van een overschrijding van het budget in de sector van de artsen, naast onder meer een overschrijding in de farmaceutische sector en de sector van de tandzorg en de implantaten. Goed voor een totaal van ongeveer 216 miljoen euro. Om uit de rode cijfers te geraken, drong een besparingstraject zich op. Zo niet, zou er geen ruimte zijn voor indexering van de honoraria van alle zorgverstrekkers en groeinorm aangezien de Algemene Raad een sluitend budget wil.
Vanuit AADM vinden wij het van belang om solidair te zijn met alle zorgverstrekkers, dus hebben we plaatsgenomen aan de onderhandelingstafel. Verschillende voorstellen lagen op tafel waaronder het onverteerbare voorstel om de accrediteringspremie te schrappen. Voor AADM was dit onaanvaardbaar, zodoende gingen we samen op zoek naar alternatieven.
Wat is er concreet beslist?
Rationeel voorschrijven van geneesmiddelen
Nog voor het einde van 2024 zal een werkgroep zich buigen over het rationaliseren van het voorschrijfgedrag (waarbij ook de NRKP wordt betrokken). Deze werkgroep zal eveneens beslissen over concrete maatregelen die op 1 januari 2025 worden geïmplementeerd en die zullen leiden tot het rationeel voorschrijven van geneesmiddelen. Dit met een structureel budgettair effect van 16 miljoen euro in 2025 en met budgetgarantie.
Teleconsultatie
In de sector van de artsen zit de overschrijding van het budget vooral in de rubriek ‘raadplegingen en adviezen’, waardoor de teleconsultaties in het vizier kwamen. Dit maakt dat vanaf 1 januari 2025 de nomenclatuur voor teleconsultaties op 0 euro wordt gezet. De huidige werkwijze gaat de schop op. Vanaf 1 januari 2026 zou een nieuwe werkwijze op basis van een forfaitaire vergoeding ingevoerd worden met een overgangsperiode van 1 januari 2025 tot 31 december 2025. AADM zal er strikt op toekijken dat de medicomut deze nieuwe werkwijze effectief uitwerkt.
Wat vindt AADM?
Het behoeft geen betoog dat dit moeilijke beslissingen zijn. We beseffen dat deze maatregelen niet enkel financiële implicaties hebben, maar ook moreel moeilijk te verteren zijn. We zijn ons bewust van de vele telefonische gesprekken die de huisartsen dagelijks voeren met patiënten. Waardevol werk dat nu niet erkend lijkt te worden. Helaas waren er weinig maatregelen voorhanden. Tijdens de onderhandelingen zijn we vertrokken vanuit het solidariteitsprincipe. Als we geen concrete maatregelen doorvoerden, was het risico te groot om geen indexering en groeinorm te hebben in 2025. Dit zou vooral voelbaar zijn voor bepaalde disciplines in de eerste lijn die nu al noodlijdend zijn (zoals vroedvrouwen en logopedisten). Ook het voorstel om de accrediteringspremie te schrappen, hebben we op deze manier kunnen afwenden. Kortom, het is een bittere pil die we moeten slikken, maar we hebben erger kunnen voorkomen.
Daarnaast is AADM niet verbaasd dat de overschrijding zich situeert bij de teleconsultaties. Deze nomenclatuur werd in het leven geroepen tijdens de coronacrisis om toegankelijke gezondheidszorg te garanderen. Na de pandemie is de vergoeding voor de teleconsultaties gebleven, waardoor veel belangrijk telefonisch werk -dat artsen al jaren kosteloos deden- eindelijk werd erkend. Helaas ontbrak een duidelijk kader voor teleconsultaties, ondanks diverse alternatieven vanuit AADM. Dit in combinatie met het misbruik door een beperkte groep van artsen, zorgt voor een grote overschrijding binnen deze categorie. In eerste instantie vroeg AADM om een proportionele aanpak van de groep artsen die excessief veel teleraadplegingen aanrekenen om zo binnen het budget te blijven. Gezien het onduidelijke kader en het gebrek aan controlemechanismen bleek dit op korte termijn echter niet haalbaar.
Marieke Geijsels, woordvoerder AADM: “Het budget heeft nood aan maatregelen die overconsumptie en ondoelmatig gebruik van middelen bij de wortels aanpakken. Dit kan niet op zo’n korte tijdspanne worden uitgewerkt, vandaar dat dit een maatregel is die er met de botte bijl op inhakt. We hopen dat die oefening in de komende maanden wel kan gebeuren, zodat alle zorgverleners een billijk loon krijgen voor het werk dat ze leveren en dat we vooral een kwalitatieve en toegankelijke gezondheidszorg kunnen blijven bieden voor al onze inwoners.”
Wat brengt de toekomst?
Het is nu aan de Algemene Raad om het begrotingsvoorstel van het Verzekeringscomité binnen twee weken goed te keuren, maar voor AADM stopt het verhaal hier niet. We vinden dat elke arts recht heeft op een eerlijke vergoeding voor het waardevolle werk dat hij dagelijks verricht. Daarom heeft AADM tijdens het Verzekeringscomité gestreden voor een alternatief: een forfaitaire vergoeding voor de teleconsultaties. Dankzij onze tussenkomst staat dit mee in de tekst van het begrotingsvoorstel. We rekenen op de inzet van elke partner om zo snel mogelijk een waardevolle en alternatieve werkwijze te hebben voor de teleconsultaties, zodat deze zo snel mogelijk in werking kan treden.
Tot slot moeten we lessen durven trekken voor de toekomst. Wanneer nieuwe maatregelen worden ingevoerd, moeten deze duidelijk omschreven en controleerbaar zijn. Daarbij moet er ook een realistisch budget tegenover nieuwe maatregelen staan. Alleen zo kunnen budgetten effectief en doelmatig worden ingezet.